de-fuseren van Amarantis

Hoe het tot stand kwam en de nasleep

#Amarantis verfraaide jaarcijfers (AOb)

| Geen reacties

Amarantis schetste jarenlang een te rooskleurig beeld van zijn financiële positie. Kosten voor niet-gerealiseerde bouwprojecten en ict-ontwikkeling werden ten onrechte opgevoerd als investeringen om de exploitatie sluitend te maken, blijkt uit een onderzoek van het Onderwijsblad. Het opschonen van de balans kostte de scholengroep in 2011 bijna 19 miljoen euro.
De Amarantis Onderwijsgroep heeft het boekjaar 2011 afgesloten met een tekort van 20,4 miljoen euro, 8,2 procent van de totale inkomsten. Het recordverlies is vrijwel geheel te danken aan het versneld afschrijven en afwaarderen van gebouwen en ICT-projecten. In totaal is er voor 19,1 miljoen afgeboekt. De gewone exploitatie leverde een verlies van 1,3 miljoen euro op. Dat blijkt uit de laatste jaarrekening van het inmiddels ontbonden conglomeraat van mbo-instellingen en scholen voor voortgezet onderwijs.
De jaarcijfers over 2011 werden op 12 september openbaar gemaakt. Door het forse verlies daalde het eigen vermogen van 30 miljoen naar 10 miljoen euro. De solvabiliteit, een maat voor het vermogen om schulden af te lossen, kwam uit op 8,2 procent, dik onder de veilig geachte grens van 20 procent.
Te rooskleurig
De scholengroep die begin dit jaar in acute financiële problemen kwam, leek eind 2010 nog redelijk gezond. In dat jaar hield Amarantis 1,7 miljoen euro over en kwam de solvabiliteit uit op 21,1 procent. Maar die cijfers schetsen een te rooskleurig beeld, stelt interim-bestuursvoorzitter Marcel Wintels. Toen hij in februari het roer overnam bij Amarantis zag Wintels dat de jaarcijfers mooier leken dan ze in werkelijkheid waren, doordat bijvoorbeeld voorbereidingskosten van bouwprojecten en uitgaven voor itc-ontwikkeling (waaronder personeelskosten) vaak niet als kosten werden geboekt in het jaar dat de uitgaven zijn gedaan. In plaats daarvan kwamen ze als investeringen in vastgoed en software op de balans terecht. Op die manier werden de kosten, afhankelijk van het afschrijvingsregime, over drie tot dertig jaar uitgesmeerd. Omdat het vaak ging om voorbereidingskosten van bouwprojecten die niet zijn gerealiseerd, is geen sprake van waardevermeerdering van het vastgoed.
De boekwaarde van de panden was daardoor niet in overeenstemming met de werkelijke waarde.
Deze boekhoudmethode is toegestaan, als er sprake is van kosten die leiden tot waardevermeerdering, maar bij Amarantis werd de methode gebruikt om de jaarcijfers er gunstiger uit te laten zien, stelt Wintels. “Omdat je kosten niet ten laste van het resultaat brengt maar vooruitschuift, oogt de exploitatie beter. De balans ziet er vervolgens ook gunstiger uit, want de waarde van het vastgoed neemt ogenschijnlijk toe, waardoor het eigen vermogen stijgt. Daardoor leek de solvabiliteit ook net iets boven het minimum van 20 procent te zitten.”
Opschonen
Om de vijf nieuwe onderwijsinstellingen die uit Amarantis zijn ontstaan niet op te zadelen met de doorgeschoven kosten uit het verleden, is besloten de jaarrekening van 2011 in één keer op te schonen. De afwaardering van 19,1 miljoen is voor driekwart toe te schrijven aan het afboeken van vooruitgeschoven kosten, stelt collegelid René s’Jacob, die sinds 2009 verantwoordelijk is voor de financiën bij Amarantis. Ongeveer een kwart van het bedrag is een rechtstreeks gevolg van de keuzes die zijn gemaakt zijn bij de de-fusie. Zo is een nieuw ICT-systeem dat recent is opgeleverd, afgewaardeerd omdat het door de opsplitsing van Amarantis niet meer gebruikt zal worden.
Het op de balans zetten van bouwprojectkosten is volgens s’Jacob een erfenis van één van de fusiepartners van Amarantis: de ISA Scholengroep waarin 22 Amsterdamse en Zaanse vo-scholen waren ondergebracht. Na de fusie met Roc ASA in 200 kwam er een lijk van 8,9 miljoen euro uit de ISA-kast in de vorm van een vorderingen op de gemeente Amsterdam die niet inbaar bleken te zijn. Die vorderingen werden afgeboekt, waardoor de solvabiliteit van ISA in 2006 met terugwerkende kracht daalde naar 5 procent. Maar daarnaast stonden er volgens s’Jacob ook miljoenen aan bouwprojectkosten op de ISA-balans. Daar is na de fusie geen schoon schip meegemaakt, omdat de financiële positie door het afwaarderen van de vordering al wankel was geworden. Toen s’Jacob in 2009 aantrad, kon hij nog steeds niet afwaarderen omdat de solvabiliteit van Amarantis dan ver onder de 20 procent zou zakken. “De bank zou dan de leningen kunnen opeisen.”
Herfinanciering
Dat deed de Rabobank begin dit jaar toch, omdat aan het licht kwam dat de BNG herfinanciering van de Rabo-leningen en een nieuwe kredietaanvraag van Amarantis weigerde. Daardoor kwam de scholengroep in de acute financiële problemen. In middels zijn de vijf nieuwe onderwijsinstellingen die uit Amarantis zijn ontstaan geherfinancierd, waarbij al rekening is gehouden met afwaarderingen die in de jaarrekening 2011zijn gedaan. De vijf beginnen daardoor met een zwakke vermogenspositie, maar met een gezonde exploitatie. Daardoor kunnen ze overschotten boeken waarmee ze het uitgeholde vermogen naar verwachting in twee jaar kunnen aanvullen.
Een commissie onder leiding van Martin van Rijn, voorzitter van pensioenfonds PGGM, doet in opdracht van de minister van onderwijs, onderzoek naar het ontstaan van de financiële problemen bij Amarantis. Het eindrapport wordt in oktober verwacht. (Yvonne van de Meent)

Geef een reactie

Verplichte velden zijn aangegeven met een *.